Het belang van een veilige hechting
Door Fleur: We gebruiken als leerkrachten vaak praktische oplossingen om wat meer negatief gedrag van kinderen te sturen naar positiever gedrag. In dit blog besteed ik aandacht aan de hechting van kinderen en de verschillende stijlen die hierbij worden onderscheiden. Dat de manier waarop een kind is gehecht veel (kan) zeggen over zijn gedrag.
Gedrag
Dat ene kind dat net iets te druk is in de klas. Die het niet uit lijkt te maken als je het corrigeert en clownesk gedrag vertoont. Of dat kind dat juist heel rustig is. Het voorbeeldkind dat alles keurig volgens de regels doet. Maar waar je ook niet echt contact mee lijkt te krijgen. We zien als leerkrachten heel veel verschillende kinderen. Met heel veel verschillend gedrag. We proberen de klas te managen vooral door veel complimenten te geven en hierdoor positief gedrag te stimuleren. Soms is het nodig om het negatieve gedrag te benoemen en er consequenties aan te verbinden. Want er zijn grenzen aan wat kan en aan wat mag in een klas. Soms is er ook meer voor nodig. Dan hebben we een gesprek met de Intern Begeleider en met de ouders of wordt er een externe deskundige ingeschakeld. We kijken dan naar het gedrag en proberen hier met elkaar oplossingen voor te vinden. Maar kijken we ook naar de diepere laag waar gedrag door beïnvloed wordt? Bijvoorbeeld de mate waarin kinderen een veilige hechting hebben ervaren.
Training Hechting
In november was er bij mij op school een training voor de leerkrachten over hechting en traumasensitief lesgeven. Over dit laatste krijgen we nog een vervolg training. Deze keer ging het voornamelijk over veilige of onveilige hechting en de cirkel van veiligheid waarmee je in het begin voornamelijk als ouders, maar ook later als leerkracht te maken hebt.
Voor mij was dit geen nieuwe informatie. Ook in mijn opleiding tot rouw- en verliesbegeleider heeft de hechtingstheorie een belangrijke plaats. Maar zoals zo vaak met bekende theorie, deze zakt in het dagelijks leven wat naar de achtergrond als andere zaken voorrang krijgen (In mijn geval; hoe manage ik als herintreder en startende leerkracht een groep 3 van 27 heel verschillende kinderen?!).
Gelukkig was daar deze training gegeven door twee hele enthousiaste en gedreven vrouwen (Lisanne van www.avesbegeleiding.nl en Anouk van www.stapsgewijsbegeleiding.nl ) die met de hechtingstheorie en de cirkel van veiligheid in hun dagelijkse praktijk aan de slag zijn.
Hechting: een aangeboren behoefte
Hechting is volgens John Bowlby, de grondlegger van de hechtingstheorie, een aangeboren behoefte van ieder kind. Het gedrag van het kind lokt nabijheid, bescherming en verzorging uit. Als de eerste opvoeders (doorgaans de ouders) hier sensitief op reageren en lichamelijk en emotioneel aanwezig zijn, draagt dat bij aan een veilige hechting. Het doel van hechting is om het kind fysiek en emotioneel te laten overleven. Het zijn aangeboren en instinctief aangestuurde reacties op gevaar en onveiligheid. Om zijn veiligheid te waarborgen moet het kind zich aanpassen aan de personen in zijn omgeving aan wie hij zich kan hechten. Instinctief reikt een kind uit, dat is de eerste beweging. Een beweging in vertrouwen dat er iemand is die de uitreiking beantwoord. Het is ook een beweging om te overleven, want zonder reactie van de andere kant kan een kind niet overleven. Wanneer deze uitreiking veelvuldig niet wordt beantwoord, trekt het kind zich terug. Dat zijn de twee bewegingen die een kind kan maken; uitreiken en terugtrekken.
Cirkel van veiligheid
Bij interactie tussen ouder en kind zien we drie soorten gedrag:
- De ouder vormt de veilige basis van waaruit een kind op onderzoek kan gaan. De ouder geeft het vertrouwen, is geruststellend aanwezig en beschikbaar;
- Als het kind op onderzoek uit is, komt het spannende dingen tegen. Het kind zoekt de veilige haven van de ouder, het contact en de nabijheid;
- Het zoeken naar deze nabijheid doet het kind op de verschillende manieren die tot zijn beschikking staan zoals huilen, roepen en vastklampen. De ouder is daar, geeft de veiligheid en troost.
Als kinderen deze cirkel kunnen maken en de ouder hierbij steeds fysiek en emotioneel aanwezig is, is dit een basis voor veilige hechting: Kinderen kunnen groeien. Overigens blijft het verlangen naar deze verbondenheid ons hele leven bestaan. Gehechtheid is geen kinderlijke afhankelijkheid, maar een blijvende menselijke behoefte.
Georganiseerde en gedesorganiseerde gehechtheid
Op basis van deze cirkel van veiligheid ontwikkelde de Amerikaanse psycholoog Mary Ainsworth, die lang heeft samengewerkt met Bowlby, drie gehechtheidspatronen die georganiseerde gehechtheid worden genoemd. Georganiseerd omdat het kind zich kan instellen op het gedrag van de ouder. Hierdoor kan het zijn strategie ontwikkelingen waarmee het om kan gaan met de te verwachten reactie van de ouder. Op deze manier kan een kind zijn eigen veiligheid creëren door zich aan te passen aan deze reactie. Deze vormen van georganiseerde gehechtheid kennen een veilige variant (veilige gehechtheid) en twee onveilige (angstig vermijdende gehechtheid en angstig ambivalente gehechtheid). Er is ook een vierde vorm van gehechtheid. Deze is gedesorganiseerde of gedesoriënteerde gehechtheid. De eerste drie vormen van gehechtheid zal je het meeste tegenkomen in het klaslokaal.
Veilige hechting
Kinderen die veilig zijn gehecht hebben de cirkel van veiligheid steeds succesvol kunnen doorlopen. Er is een goede balans tussen op onderzoek uitgaan en contact houden met de ouders. Zodra een kind stress ervaart en uitreikt naar de ouders, zijn deze stabiel genoeg om het brein van het kind te kalmeren en kan het kind emotioneel herstellen. Veilig gehechte kinderen zijn over het algemeen flexibel en veerkrachtig. Ze hebben zelfrespect, zijn emotioneel gezond en sociaal vaardig.
Angstig vermijdende hechting
De tweede vorm van georganiseerde gehechtheid is angstig vermijdende gehechtheid. Hierbij is het uitreiken wat het kind doet binnen de cirkel van veiligheid te vaak genegeerd. De ouders zijn niet beschikbaar, reageren vaak afwijzend, zakelijk of weinig sensitief. Dit kan zowel fysiek als emotioneel zijn. Het gevolg is dat deze kinderen zich terug trekken. Ze lijken heel zelfstandig en kunnen zelfs hetzelfde gedrag vertonen als de veilig gehechte kinderen. Maar als je beter kijkt zie je dat ze nauwelijks contact maken, ze vinden geen troost bij de ouder. Deze kinderen hebben geleerd hun stress te onderdrukken en zijn gewend om het allemaal alleen te doen, omdat hun ouders niet beschikbaar zijn. Deze kinderen kunnen vaak stoer gedrag vertonen en worden daar ook vaak (negatief) op aangesproken. Hoe stoer het gedrag ook is van deze kinderen, de basis voor dit gedrag is angst.
Angstig ambivalente hechting
De derde vorm van georganiseerde gehechtheid is angstig ambivalente gehechtheid. Hierbij zijn de ouders onvoorspelbaar emotioneel aanwezig. De ene keer wordt het kind opgepakt en er sensitief op gereageerd. De andere keer wordt het genegeerd en afgewezen. Deze vorm van gehechtheid is verwarrend voor het kind. Deze kinderen zijn minder geneigd om op onderzoek uit te gaan. Ze weten namelijk niet zeker of de ouder beschikbaar is als dit nodig is. Daarom blijven ze liever in de buurt en zijn ook meer gericht op de ouder. Ze zijn angstig bij de afwezigheid van de ouders, maar kunnen ook heel boos en afwijzend reageren naar de ouders. Dit komt voort uit de onzekerheid gezien te worden. Onveilige hechting kent verschillende gradaties. De georganiseerde onveilige hechting is weliswaar geen ideale vorm van hechting, maar je kunt er nog ver mee komen in het leven. Ze kunnen hobbels, soms zelfs grote obstakels, opleveren, maar hoeven niet per se tot grote psychische nood te leiden.
Gedesorganiseerde hechting
Later ontdekte men nog een vierde vorm van gehechtheid; de gedesorganiseerde gehechtheid. Hierbij is de ouder aan de ene kant toevluchtsoord en anderzijds ook de bron van het gevaar. Er is geen veilige basis. Dat maakt dat het kind klem komt te zitten tussen uitreiken en terugtrekken. Ouders staan vaak zelf in de overlevingsstand waardoor het kind geen strategie heeft kunnen ontwikkelen om hiermee om te gaan: er is angst zonder oplossing. Deze kinderen laten vaak gedrag zien van kenmerken van vermijdende gehechtheid en de ambivalente gehechtheid.
Blijf de cirkel van veiligheid lopen
De meeste mensen kennen een vorm van georganiseerde gehechtheid. Ruim de helft is veilig gehecht, een derde is vermijdend of ambivalent gehecht. De kans is dus groot dat er in je klas een aantal kinderen zitten die onveilig gehecht zijn. Kennis en sensitiviteit over deze hechtingsstijlen kan er voor zorgen dat je het gedrag wat deze kinderen laat zien beter kunt begrijpen. Omdat dat ene drukke kind met zijn stoere en clowneske gedrag misschien wel angstig vermijdend gehecht is. Of dat hele rustige kind waar je niet goed contact mee krijgt misschien wel angstig ambivalent gehecht. Je kunt deze kinderen helpen door steeds te proberen ze de cirkel van veiligheid te laten lopen. Blijf beschikbaar voor deze kinderen. Wijs ze niet af. Ze hebben betrouwbare volwassene nodig die hen helpt alsnog een veilige hechting te ervaren.
Bronnen:
- Training Hechting en traumasensitief lesgeven door Lisanne Beks van Aves Begeleiding en Anouk Busters van Stapsgewijs Begeleiding
- Fiddelaers-Jaspers, R en Noten, S (2014). Herbergen van verlies; thuiskomen in het Land van Rouw. Heeze: In de Wolken.
Mooi Fleur. Leuk zo’n training op het werk! Ben zelf nu bezig met dit thema rondom mezelf ?. Het maakt dingen wat duidelijker…..
Hoi Nonnie, dank je wel. Wat mooi dat je hiermee bezig bent over jezelf. Die weg heb ik ook bewandeld. Kan soms heftig zijn, maar ook mooi en fijn. Fijn om te weten waar de dingen bij jou vandaan komen en daardoor (in mijn geval ?) milder naar mezelf heb leren kijken.
Is er literatuur beschikbaar?
Zou er graag meer over lezen.
Hoi Wilma, onderaan het artikel staat een link met literatuur.
Groetjes, Esther