Onderwijzen is meesterschap
Een relatief nieuwe term in het land is de circulaire economie, waarbij geen grondstoffen worden uitgeput en waarbij reststoffen volledig opnieuw worden ingezet in het systeem. De afgelopen maanden kom ik deze term steeds vaker tegen en dat zette mij aan het denken over het onderwijs. In het Handwoordenboek van Nederlandse Synoniemen uit 1908 vond ik de volgende uitleg van de woord ‘onderwijzen’:
‘Onderwijzen is iemand wijzen hoe hij iets doen moet — door onderwijzing hen, die dwalen, brengen op het rechte spoor — vervolgens zoo leeren, dat hij zelf het geleerde in praktijk kan brengen. …’. Vygotsky, een psycholoog uit het begin van de 20ste eeuw, met zijn wortels in het sociaal constructivisme, noemt dit ‘de zone van de naaste ontwikkeling’.
Zone van naaste ontwikkeling

In deze zone vindt het leren plaats. Volgens Vygotsky wordt de ontwikkeling van de leerlinge niet alleen bepaald door zijn aangeboren intelligentie , maar gaat het ook om hoe deze intelligentie ingezet kan worden. Het niveau van de ontwikkeling van een kind staat niet vast op een kalenderleeftijd of aan de hand van toetsen. Hij zegt dat het belangrijk is om de leerling te laten reiken naar een hoger niveau, waarbij het van belang is dat de nieuwe informatie of kunde aansluit bij wat de leerling al weet, maar dat het wel degelijk nieuw of uitdagend moet zijn, anders is het geen leren.
Voor zover niets nieuws, want Vygotsky’s ideeën zijn nog steeds erg populair in de moderne onderwijskunde. Zo zie je zijn gedachtegoed ook terug in de opzet van bijvoorbeeld Expliciete Directe Instructie .
Paniekzone
Maar vervolgens komt dan wel de vraag waarom we ons onderwijs (in de meeste gevallen) dan volledig tegengesteld is ingericht. Alle groepen hebben doelen, die je moet behalen en als je dat (nog) niet lukt, mag je niet verder. ‘Ga terug naar start, u ontvangen geen 20.000 euro’
In hoeverre mogen we kinderen nog helpen in de zone van de naaste ontwikkeling, als deze zone bepaald wordt door methodes en toetsen. En als je als kind daar nog niet aan toe bent, je terecht komt in een paniekzone? Waarbij deze paniekzone zorgt voor gevoelens van onvermogen en de woorden; ‘ik kan het niet’.
Onderwijzen: En dan?!
Waarbij het merendeel van de leerkrachten allang gezien heeft dat een kind misschien een paar maanden meer nodig heeft om zich de stof op een positieve manier eigen te maken, zonder tegen onkunde aan te lopen. Maar door het systeem gedwongen wordt om toch door te zetten, want dat is wat ons onderwijsprogramma ons voorschrijft. Dat voor dit kind allemaal plannen geschreven moeten worden, terwijl we weten… geef het tijd om de stof eigen te maken. Deze tijd zorgt voor motivatie en volgens mij ook op veel minder kansen op hiaten, omdat alle stappen op de juiste manier doorlopen zijn. Dat de kennis en kunde eigen is gemaakt en in de praktijk toepast kan worden.
Deze kennis en kunde van kinderen zit in het DNA van de leerkracht, de leerkrachten van toen en van nu. Het verschil zit ‘m volgens mij in de rol die de leerkracht vanuit de buitenwereld toegedicht is. Een minister die aangeeft dat eigenlijk iedereen wel voor de klas kan, een ouder die na een adviesgesprek ontevreden is en dreigt met een rechtszaak. Een inspecteur die de school bezoekt en zegt: “Jullie kennen de film, wij maken een foto.”, maar wanneer de foto toch echt bewogen is, niet thuis geeft en zegt: dit is wat we nu zien. Het vertrouwen in het meesterschap van de onderwijzer (leraar, leerkracht) is aan het verdwijnen, de kennis en kunde van de leerkrachten wordt regelmatig ter discussie gesteld.
A little less conversation, a little more action please
Elvis
All this aggravation ain’t satisfactioning me
A little more bite and a little less bark
A little less fight and a little more spark
Als deze discussie plaats vindt vanuit de zone van de naaste ontwikkeling van de leerkrachten zelf, is dit prachtig en zorgt dit voor leren, voor groei. Maar als deze discussie plaats vindt, rondom de leerkracht en deze steeds zijn kunde en kennis moet verdedigen, is er geen vertrouwen en kan er ook niet gegroeid worden. Niet door de leerling en niet door de leerkracht, want dan is de zone van de naaste ontwikkeling geen zone van ruimte, rust en vertrouwen, maar een moeten. Dan is de stap naar de paniekzone of blijven in de comfortzone de veiligste.
Geef meesterschap terug
Met de explosieve groei van PO in actie, een paar jaar geleden is een eerste stap gezet. Met de komst van het lerarencollectief wordt volgens mij de volgende stap gezet naar het in ere herstellen van het meesterschap van de leerkracht. Een duidelijke geluid vanuit beroepstrots en verlangen naar waardering van de overheid. Om ons beroep weer in ere te herstellen en van daaruit weer te kunnen groeien en bloeien, vanuit diversiteit en het vertrouwen dat het goed is om je eigen pad te lopen en dat het niet uitmaakt wie er meeloopt.
Het is een kunst vanuit de comfort zone te werken. Want de basis in je leven en op school is je zekerheid voor altijd. Wanneer de leerkracht in staat is dit vertrouwen aan het kind te laten voelen zal dit voor beide een grote voldoening geven.