Verbeteren leesonderwijs voor groep 4 tot en met 8

Door Anouk: Als leescoördinator ben ik vooral thuis in leesmotivatie en leesbevordering. Hierover heb ik dan ook al enkele blogs geschreven. Mijn passie ligt echt bij het leesonderwijs. Nu ben ik me dit schooljaar ook wat meer gaan verdiepen in het technisch leesonderwijs. Mijn doel bij het bezoeken van dit congres was dan ook om te kijken wat we op onze school al goed doen op het gebied van technisch lezen en aanbevelingen te kunnen geven tot verbeteren van het leesonderwijs. Als inspiratie voor deze blog mocht ik het congres Technisch lezen van Medilex Onderwijs bezoeken: Top!

Opzet van de dag

De dag bestond voor mij uit 2 delen. in de ochtend een algemeen deel, en in de middag een keuzedeel. Ik zal van iedere spreker tips met je delen.

Instructie van technisch lezen

Vloeiend lezen is de vaardigheid om met begrip, snel en accuraat en met expressie te lezen. Lezen zoals je praat. Denk hierbij aan: ‘hapjes lucht’ op de juiste plaats, betekenisvolle woordgroepen, (on)zichtbare interpunctie, intonatie en lezen met de juiste klemtoon. (verzorgd door Bianca Lammers)

  • Methodes besteden te weinig aandacht aan vloeiend lezen. Besteed in vooral na beheersing van AVI E5 aandacht aan het vloeiend lezen.
  • Start pas met begrijpend lezen na M4. Een vlotte lezer kan wat hij gelezen heeft ook verwerken.
  • Laat kinderen hardop lezen. Stillezen is pas zinvol wanneer AVI E4 beheerst wordt.
  • Het geven van individuele leesbeurten is niet effectief. Zeker niet wanneer een leerling maar 1 zin mag lezen. Je hebt een stuk tekst nodig om erin te komen.
  • In groep 1 en 2 is letterkennis ondergeschikt aan fonemisch bewustzijn.
  • Zet de werkvorm: Voor – koor – door, in. Herhaal, herhaal, herhaal. Laat teksten niet koor lezen.
  • Na M6 geen leeslessen meer maar onderhouden door instructies op vloeiend lezen en zorgen voor genoeg leespromotie.
  • Zorg eerst voor correct lezen en dan voor vlot lezen (vlot is vlot genoeg!).
  • Neem de tijd om met kinderen een boek te kiezen. Ga in gesprek over het boek.

Redzaamheidslezen

technisch lezen

Bij Redzaamheidslezen gaat om het rustig en vooral nauwkeurig lezen op niveau, in tegenstelling tot racelezen, waarbij leerlingen onder tijdsdruk moeten proberen om zoveel mogelijk woorden te lezen.

Snel hardop lezen is de norm (AVI/DMT). Dit is niet functioneel. Het veroorzaakt stress. En kinderen gaan hierdoor minder nauwkeurig lezen. De oplossing hiervoor is redzaamheidslezen: Niet racen bij het lezen, maar rustig lezen wat er staat.

Er wordt een andere toet instructie gegeven bij de DMT. De nadruk ligt op nauwkeurig lezen. Een andere ontwikkelingslijn wordt gevolgd. Redzaamheidslezen zorgt voor toet minimalisatie. Wanneer een doel bereikt is, wordt de kaart niet meer gelezen. (verzorgd door Luc Koning)

Leesmotivatie

Deze lezing ging, door Kees Broekhof, over een stimulerende leesomgeving, het verhogen van leesmotivatie en het belang van woordenschat. Een echte eyeopener was de uitleg die gegeven wordt bij woorden in boeken. Het belang van lezen om woordenschat te ontwikkelen wordt hiermee onderstreept. Meer lezen zorgt voor betere verankering van woorden en daarmee voor een betere en bredere woordenschat. Verbanden leggen is een voorwaarde voor ‘diep tekstbegrip’:

  • Naast het lezen op zich (voorlezen/stillezen/thuis lezen) is de keuze van het juiste boek zeer belangrijk. Ten derde moet er gepraat worden over boeken.
  • Zorg voor een ruime, actuele boekencollectie in de nabijheid van de leerlingen.
  • Benader niet-lezers persoonlijk. Kan een leerling niet het juiste boek vinden? Ga dan in gesprek en samen op zoek.
  • Boekensushi: Zorg voor een boek per tafel, boeken die de leerlingen niet kennen. 3×2 minuten lezen en dan het boek doorgeven. Wanneer een leerling geïnteresseerd is in een boek, zorg dan dat hij hem meteen mee kan nemen.
  • Gebruik de 25 korte werkvormen voor de boekenkring van de Bibliotheek op School.
    https://pro.debibliotheekopschool.nl/dam/lezen/20171020-werkvormenvoordeboekenkring.pdf
  • Lees 1 boek per week voor. Zorg voor een goede introductie van het boek. Stop op een spannend moment. Hierna mag een leerling verder lezen in dit boek. Kies boeken die leerlingen niet zo snel kiezen.
  • Houd rekening met de leesvoorkeuren van jongens. Zwijsen heeft een speciale serie boeken voor jongens: Boeken voor jongens

Differentiatie

Deze subsessie door Ebelien Nieman ging over het geven van een effectieve instructie en het omgaan met verschillen. Wat je met de resultaten en observaties van de AVI/DMT toetsen doet, bepaalt hoe je de toetsen het beste kunt afnemen. Deze toetsen geven diagnostische informatie. Hoe vloeiend lezen leerlingen? Differentieer niet zo zeer op AVI/DMT niveau, maar op de manier waarop leerlingen lezen.

Zorg voor genoeg tijd voor lezen. In groep 4-5-6 120 tot 150 minuten technisch lezen per week. Daarnaast 75 minuten stillezen per week, zorg dat er elke dag gelezen wordt. In groep 7-8 60 tot 90 minuten technisch lezen per week. Daarnaast is het ook in deze groepen belangrijk om nog elke dag stil te lezen, in totaal 75 minuten per week.

Zorg voor 4×15 minuten extra lezen per week voor zwakke lezers. Gebruik voor-koor-door. Gebruik teksten die leerlingen aanspreken. Geef ze een stem in het onderwerp van de tekst en zoek daar teksten bij. Zorg voor doelen voor de basisgroep en voor de sterkere lezers en geef hier meteen ook voorbeelden bij. Zorg voor een tekst met woorden van een leescategorie en gebruik die woorden vervolgens om het doel in te oefenen.

Leerlingen met leesproblemen

Tijdens deze subsessie door Femke Scheltinga werd er ingegaan op leesproblemen en dyslexie. Hoe signaleer je leesproblemen? Hoe zorg je voor een effectieve aanpak van de leesproblemen?

Mogelijke verklaringen van dyslexie zijn: biologische factoren (neurobiologisch en genetisch), cognitieve factoren (geheugen, fonologische vaardigheden, benoemsnelheid) en gedragskenmerken (op het gebied van lezen en spellen). Leerlingen waarbij dyslexie in de familie voorkomt zijn risicoleerlingen. Een combinatie van bovenstaande factoren kunnen leiden tot dyslexie.

In het onderwijs is het belangrijk om de hardnekkigheid van de problematiek aan te tonen. Hierbij wordt er gekeken naar: Is er een achterstand? Hoe leest de leerling? Is de leerling instructie-onafhankelijk/gevoelig/afhankelijk? Welke (extra) begeleiding is nodig? Heeft de (extra) begeleiding effect gehad.

Een tip die ik uit deze subsessie vooral meeneem is de wacht-hint-prijs methodiek. Hierbij leest een leerling en geef je wanneer de leerling een zin correct leest een prijs. Deze prijs is een reactie, een compliment, een uhum, een knikje. Wanneer een zin niet correct gelezen wordt, wacht je bij de punt. Corrigeert een leerling zichzelf niet dan geef je een hint, bijv. lees de zin nog eens, lees dat woord nog eens.

Laat een reactie achter