Drama in de herfst

Esther maakte voor jullie weer een 4-tal toffe dramakaarten, ook deze keer weer helemaal passend bij de periode van het jaar waar we in zitten: de herfst. Onderstaand een beschrijving van iedere kaart. Je vindt ze onderaan de pagina als kant en klare download. Wil je structureel en/of bewust meer aandacht besteden aan drama, neem dan vooral een keer contact op met Esther voor de mogelijkheden! Tip voor in de klas zijn haar boek en spel, waarvan je de links halverwege deze pagina vindt.

Geleide fantasie – herfstwandeling

Wat zie je allemaal in het bos? De wind gaat waaien, het gaat regenen en de wind slaat onder je paraplu en neemt jou mee in de lucht tot je weer naar beneden dwarrelt. De blubber van je kleren afslaat en naar huis gaat.
Doel: inleiding, luisterhouding, verbeelding.

Muziektip: Wintersun – Bond
Sfeertip: Koop kunststof herfstblaadjes en verdeel deze door het lokaal voor extra sfeer. Aan het eind van de les geef je opdrachten: Iedereen verzamelt 3 rode blaadjes en doet deze in de bak, iedereen verzamelt 2 grote en 2 kleine blaadjes en doet deze in de bak.

Geleide fantasie: Spinnenweb

De docent vertelt, de leerlingen doen: Je loopt buiten. Het is herfst, dus het is een beetje fris. Dan voel je ineens iets in je gezicht en je staat stil. Je bent met je gezicht in een spinnenweb gelopen. Je hele gezicht zit vol met plakkerige draden en je probeert het van je af te krijgen. Het lukt niet, je zit steeds vaster en uiteindelijk ben helemaal vastgeplakt.
Doel: inleiding, luisterhouding, verbeelding.

Herfstige taferelen – Eekhoorns en Egels

De kinderen mogen  van de ene kant van de zaal naar de andere kant van de zaal voortbewegen als een herfstblaadje, spin, egel, eekhoorntje of iets wat ze zelf hebben verzonnen. Op deze manier maken ze een begin met transformatie.

Het volgende verhaal kan als geleide fantasie worden gespeeld met z’n allen tegelijk, in kleinere groepjes met de rollen verdeeld en publiek, of in de groepen 3 en 4 voorbereid als scène:

Eekhoorn en egel ontmoeten elkaar in het bos. Egel heeft honger en zoekt wormpjes, eekhoorn zoekt kastanjes en nootjes op de grond. Een windvlaag blaast de diertjes in de boom en daar vindt het eekhoorntje nootjes. Die gaat hij lekker oppeuzelen, het egeltje is verdrietig dat hij niks heeft. Dan gaan ze allebei op een herfstblaadje zitten dat naar beneden dwarrelt en komen ze op de grond waar het egeltje allemaal wormpjes vindt. Ze gaan lekker samen zitten peuzelen.

Herfstige taferelen – Betrapt!

De leerlingen bereiden een scène voor waarin zij betrapt worden:

• Een mooie paddenstoel stiekem plukken;
• In een spinnenweb terecht komen terwijl je doodsbang bent voor spinnen;
• Op een egeltje gaan staan;
• Met je mooie kleding uitglijden in de modder

Alles wordt zo ‘onopvallend’ mogelijk gespeeld omdat de situatie er niet naar is dat je dit opvallend laat zien. Uiteraard wordt het personage in de scène wel betrapt. Hoe wordt dit gênante moment geïncasseerd en hoe wordt hier op gereageerd?